Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
Wetenschappers hebben de botten van een enorme hagedis ontdekt in de opslag van een museum in Utah. Ze behoren tot een voorouder van de moderne gilamonsters.
In een pot met het label ‘hagedis’ vonden paleontologen in het Natural History Museum in Utah een wat andere hagedis dan verwacht: het waren de fossiele overblijfselen van een onbekende soort, die al sinds 2005 onopgemerkt in de opslagplaats lag. Het dier, dat ongeveer zo groot was als een wasbeer, blijkt een voorouder van het moderne gilamonster en leefde zo’n 76 miljoen jaar geleden. Amerikaanse onderzoekers schrijven erover in het wetenschappelijke tijdschrift Royal Society Open Science.
Lees ook:
Oeroud familielid
De ontdekte soort behoort tot de Monstersauria, een evolutionaire groep van grote hagedissen. Ze worden gekenmerkt door hun lichaamsgrootte, hun scherpe spitse tanden en hun pantser. De wetenschappers konden deze nieuwe soort identificeren met stukjes schedel en botten van ledematen en gewrichten. Monstersauria hebben een geschiedenis van ongeveer honderd miljoen jaar, maar er missen veel fossielen en degene die er zijn, zijn meestal karig. Deze vondst bevatte dus veel informatie om te vergelijken met andere soorten hagedissen.
Het hedendaagse gilamonster maakt ook deel uit van de Monstersauria. Dat is een giftige soort die nog steeds voorkomt in het zuidwesten van de Verenigde Staten. Door zijn gif kan het inderdaad als monster worden beschouwd, maar hij is te sloom om mensen te bijten.
Hotspot voor paleontologen
De resten van deze hagedis waren in 2005 gevonden in het Grand Staircase–Escalante National Monument, een bekende Amerikaanse hotspot voor dinosaurusvondsten. Opmerkelijk is dat er in dezelfde aardlagen nog twee andere grote hagedissensoorten zijn gevonden. De vondst laat zien dat er nog meer grote hagedissen leefden dan eerder gedacht tijdens het Krijt – zo’n 66 tot 145 miljoen jaar geleden. Dat er in één ecosysteem plek was voor meerdere roofreptielen suggereert een rijke biodiversiteit en een stabiele voedselketen.
Knipoog naar Tolkien
De wetenschappers noemden de soort Bolg amondol. Die naam komt uit de boeken van J.R.R. Tolkien. ‘Bolg’ verwijst naar een orkenprins uit De Hobbit, en ‘amondol’ betekent ‘heuvelhoofd’ in Tolkiens elventaal Sindarijns. De schedel van het dier deed de onderzoekers namelijk denken aan een Ork met een opvallend bultige kop.
En net als de hobbits Frodo en Sam die een lange reis naar Mordor aflegden, heeft ook deze hagedis een indrukwekkende tocht gemaakt. Bolgs naaste verwant, Gobiderma pulchrum, leefde namelijk aan de andere kant van de wereld, in de Aziatische Gobiwoestijn. Hoewel al bekend was dat dinosauriërs migreerden tussen de toen nog verbonden continenten, laat Bolg zien dat ook kleinere dieren flinke afstanden aflegden.
Bronnen: Royal Society Open Science, EurekAlert!