Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
Volgens de meest gedetailleerde schatting ooit hebben mensen in 70 jaar tijd slechts een minuscuul stukje van de diepzeebodem gezien.
Zo’n 66 procent van het aardoppervlak bestaat uit diepzee, toch hebben we daar nog erg weinig kennis van. Zo hebben we slechts 0,001 procent van de diepzeebodem gezien – dat is een gebied dat ongeveer tien keer zo klein is als België. Dat blijkt uit een nieuwe schatting van wetenschappers van Ocean Discovery League, een organisatie die zich inzet voor het versnellen van de verkenning van de diepzee. Het onderzoek is gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Science Advances.
Lees ook:
- Wetenschappers vinden voor het eerst dieren onder de zeebodem
- Opvallend veel radioactief materiaal op bodem van Grote Oceaan – komt het uit de ruimte?
Oceaanstromingen en zuurstof
Een stuk oceaan behoort tot de diepzee als dat meer dan 200 meter diep is. Hoewel er op deze diepte bijna geen zonlicht meer doordringt, leeft er nog van alles. Zo’n 95 procent van alle leefruimte op aarde bevindt zich in de oceanen. De diepzee slaat verder enorm veel CO2 en warmte op en reguleert oceaanstromingen die het klimaat beïnvloeden. Bovendien produceert fytoplankton aan het oceaanoppervlak grofweg 50 procent van de zuurstof op aarde, en die productie is deels afhankelijk van nutriënten die via opwellingen uit de diepzee komen. Kortom: de diepzee is zeer belangrijk voor de aarde.
Maar het verkennen ervan is moeilijk. Hoe dieper je onder water gaat, hoe meer de druk toeneemt. Tegenwoordig is het in sommige opzichten makkelijker om mensen naar de ruimte te sturen dan naar de bodem van de oceaan. Er zijn daarom nog maar weinig visuele waarnemingen (foto’s en video’s) van de bodem. Het is ook duur en technisch ingewikkeld om onbemande onderzeeërs af te laten dalen.
Met sonarmetingen is het reliëf (bergen en troggen) van de bodem overigens wel al op veel plekken in kaart gebracht. Daarvoor kun je namelijk aan het oppervlak blijven. Maar om de diepzeebodem echt goed te begrijpen zijn visuele waarnemingen cruciaal.

Waarnemingen zijn niet representatief
Voor deze studie onderzochten wetenschappers welke delen van de diepzeebodem inmiddels visueel zijn waargenomen. Voor deze schatting analyseerden ze grofweg 44.000 diepzeeduiken die sinds 1958 zijn uitgevoerd. Daaruit bleek dus dat de mensheid slechts 0,001 procent van de diepzeebodem heeft gezien. Bovendien is bijna 30 procent van die waarnemingen gedaan voor 1980, wat betekent dat deze voornamelijk bestaan uit zwart-witfoto’s met een lage resolutie.
Daarnaast vond meer dan 65 procent van alle observaties plaats binnen 400 kilometer van de kust van de Verenigde Staten, Japan of Nieuw-Zeeland. En omdat diepzeeonderzoek enorm duur is, wordt het veld gedomineerd door slechts een handjevol landen. De VS, Japan, Nieuw-Zeeland, Frankrijk en Duitsland hebben samen 97 procent van alle waarnemingen gedaan. Onze kennis over de diepzee is dus gebaseerd op een ongelooflijk kleine en niet-representatieve steekproef.

In hun paper schrijven de onderzoekers dat “als wetenschappers alle aannames over landecosystemen zouden baseren op waarnemingen van slechts 0,001 procent van het totale landoppervlak, dan zouden ze hun oordeel over al het leven op het land baseren op een gebied ter grootte van de stad Houston in de Amerikaanse staat Texas.”
Volgens de onderzoekers benadrukken deze getallen de noodzaak om de diepe oceanen meer te bestuderen, zodat die beter beschermd kunnen worden. Want dat wordt door klimaatverandering en landen die willen beginnen met diepzeemijnbouw steeds belangrijker.
Bronnen: Science Advances, Ocean Discovery League via EurekAlert!
Openingsbeeld: NOAA Ocean Exploration