Het ontwerp van het Sydney Opera House was zó complex, dat de bouw zeventien jaar duurde en de cultuurtempel haast honderd keer zo duur werd als begroot. Het project draaide bijna uit op een tragedie, maar leverde Australië uiteindelijk een van de meest iconische gebouwen van de twintigste eeuw op.
Eind jaren vijftig wilde Sydney een operahuis. En niet zomaar een; het moest tegelijk een visitekaartje zijn waarmee Australië zich presenteerde aan de wereld. Daarom werd in 1956 een ontwerpwedstrijd uitgeschreven. Joe Cahill, de premier van de deelstaat New South Wales waarvan Sydney de hoofdstad is, was de drijvende kracht achter het project. Een vijfkoppige jury ging uiteindelijk aan de slag om uit 233 inzendingen van architecten een winnaar aan te wijzen.
Het beroemdste jurylid was Eero Saarinen. Deze Fins-Amerikaanse architect arriveerde pas in Sydney toen de andere juryleden al een handjevol potentiële winnaars hadden geselecteerd. Saarinen was niet onder de indruk en wroette daarom nog eens door de grote stapel met afvallers. Daarbij werd hij als de bliksem getroffen door het ontwerp met het nummer 218 en verkondigde luidkeels dat dít het Sydney Opera House zou worden.
Lees ook:
- ’s Werelds hoogste ge-3D-printe gebouw onthuld in Zwitserland
- Architectenbureau wil hoogste wolkenkrabber van Amerika bouwen
Veel meer knaken
De andere juryleden hadden hun bedenkingen. Het ontwerp van een onbekende Deense architect leek meer op een flamboyant kunstwerk dan een gebouw. Een ander heikel punt: de architect had geen bouwtechnische uitwerking van zijn plan ingediend. Was het überhaupt mogelijk zoiets exotisch te bouwen? Toch wist Saarinen zijn medejuryleden te overtuigen en kreeg Jørn Utzon een telefoontje uit Australië: hij was de winnaar.
Utzons ontwerp werd gekenmerkt door veertien uit de losse pols getekende schelpachtige vormen die samen het dak vormden. De schelpen werden van onder naar boven breder en helden naar voren. Ze varieerden niet alleen in grootte, maar ook in vorm: sommige waren scherper, andere platter. Verschillende Australische ingenieurs meenden dat het ontwerp niet te realiseren was, maar Ove Arup, de Deense baas van het in London gevestigde ingenieursbureau Arup & Partners, durfde het wel aan. Hierop werd zijn bedrijf gecontracteerd om Utzons droom om te zetten in harde bouwtechnische cijfers en specificaties. Volgens de eerste begroting zou het gebouw 7 miljoen Australische dollars kosten. Spoiler: er bleken veel meer knaken voor nodig.
Dit is het begin van het verhaal over de geschiedenis van het Sydney Opera House. Het volledige verhaal lees je in KIJK 7-8/2025. Bestel deze dikke editie in onze webshop, of eenvoudig via de knop hieronder.
Tekst: Teake Zuidema
Beeld: Simon Bradfield/Getty Images