Oei oei oei, een boek waarin het huidige Israël wordt vergeleken met het Duitsland van net vóór het Derde Rijk en zelfs met Nazi-Duitsland – daar moet je mee uitkijken.
Maar wacht: gelukkig is de schrijver van De Holocaust is voorbij, Avraham Burg, zelf Joods. En niet alleen dat, hij was zelfs lid en voorzitter van het Israëlische parlement en voorzitter van de Jewish Agency for Israël. Oftewel: we hebben het hier niet over zomaar een hyperventilerende opiniemaker.
Ook vindt Burg het een kwalijke zaak dat Israël zich, ondanks zijn eigen verleden, in de internationale politiek zelden achter de slachtoffers van andere genociden schaart. Volgens hem is de gangbare Joodse opvatting: “De Holocaust is van ons, en bloedbaden die elders plaatsvinden, zijn gewone misdaden, geen holocausten.”Jammer, stelt Burg, want het zou natuurlijk veel beter zijn als Israël de les van de Jodenvervolging toe zou passen op álle volkeren, zodat het “een licht van universele menselijkheid kan zijn voor andere landen”.
Om dat nobele streven werkelijkheid te laten worden, is wel meer nodig dan een boek dat het Joodse volk wakker schudt, lijkt Burg te vinden. Daarom stelt hij aan het eind van De Holocaust is voorbij dat niet alleen de opvattingen van zijn landgenoten, maar ook de wetten, het onderwijs, de feestdagen van het land en zelfs de joodse religie op de schop moeten.
Tja, wellicht dat dat allemaal net wat hoog gegrepen is. Maar vast staat dat de stem van Burg gehoord mag worden, zowel binnen als buiten het Midden-Oosten.
paperback | 272 pagina’s | Ambo | € 21,95 | ISBN 978 90 263 2257 0