Experimenten kunnen vele jaren duren. Maar welke wetenschappelijke proef duurde tot nu toe het allerlangst?

De eer van het langst durende experiment gaat naar een pekexperiment van de Australische professor Thomas Parnell van de Universiteit van Queensland. In 1927 stond hij voor de klas en legde aan zijn studenten uit dat pek een vaste vorm lijkt te hebben, maar in werkelijkheid vloeibaar is.

Bij wijze van experiment verhitte Parnell een beker vol pek en goot het goedje in een soort trechter die hij van de onderkant had afgesloten. Hij liet het  drie jaar lang (!) afkoelen en maakte toen de onderkant van de trechter open. Acht jaar later, in december 1938, viel de eerste druppel in de beker eronder. Negen jaar daarna (februari 1947) volgde de tweede. En voordat in april 1954 de derde druppel losliet, was Parnell al gestorven.

Op 28 november 2000 viel de achtste en voorlopig laatste pekdruppel. Opmerkelijk genoeg heeft tot nog toe nog niemand zo’n druppel daadwerkelijk zien vallen. Er stond op een gegeven moment wel een webcam op Parnells experiment gericht, maar die begaf het op het moment suprême.

Verwacht wordt dat de volgende druppel ergens in 2013 valt, maar helaas valt niet te voorspellen wanneer. De tijd tussen twee druppels wordt namelijk steeds langer: tussen de eerste en de tweede zat bijvoorbeeld 99 maanden, tussen de zevende en de achtste maar liefst 148 maanden.

Ook een vraag voor de rubriek ‘KIJK antwoordt’? Mail hem naar [email protected]!