Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
Volgens een nieuwe studie zou de aardappel het liefdeskind zijn van de tomaat en een andere plant. Dat lost een mysterie op.
Aardappels zijn een van de belangrijkste gewassen ter wereld: ze kunnen in veel verschillende gebieden groeien en hebben minder land nodig dan graan of rijst. Jaarlijks wordt er wereldwijd dan ook meer dan 350 miljoen ton aardappels geoogst.
Ondanks hun populariteit is de oorsprong van de aardappelfamilie mysterieus. De plant lijkt qua uiterlijk sterk op drie Chileense soorten uit de groep Etuberosum, al vormen die geen ondergrondse knollen. Maar genetisch gezien lijken aardappelplanten juist meer op tomatenplanten. Hoe kan dat?
Volgens een nieuwe studie in het vakblad Cell heeft er negen miljoen jaar geleden een natuurlijke kruising plaatsgevonden. “Een aardappel is het kind van een tomaat en een Etuberosum”, zegt onderzoeker Zhiyang Zhang tegen The New York Times.
Lees ook:
Genen van beide ouders
Met nieuwe genetische technieken hebben wetenschappers 128 genomen (het geheel aan DNA van een organisme) van tomaten-, aardappel- en Etuberosum-planten geanalyseerd. Zo zagen ze dat moderne aardappelplanten genen bevatten die afkomstig zijn van voorouders van zowel de huidige tomaten- als Etuberosum-planten. Volgens de onderzoekers is dat het gevolg van een natuurlijke kruising.
Zo’n kruising was mogelijk doordat Etuberosum en tomaten een gezamenlijke voorouder delen die zo’n 13 tot 14 miljoen jaar geleden leefde. Hoewel ze daarna onafhankelijk van elkaar zijn geëvolueerd, hadden ze genetisch gezien nog genoeg gemeen om vijf miljoen later samen te kruisen.
Zo ontstond de eerste aardappelplant waarvan ondergrondse stengels zich ontwikkelden tot zetmeelrijke knollen. De onderzoekers ontdekten dat twee genen hiervoor cruciaal waren: SP6A uit de tomatenplant en IT1 uit Etuberosum. Een plant met slechts één van deze genen produceert geen knollen; ze zijn allebei nodig.
Betere overlevingskansen
De kruising gebeurde in een periode waarin het Andesgebergte de hoogte in schoot. Doordat de gekruiste plant water en voedingsstoffen kon opslaan in zijn ondergrondse organen, kon hij prima overleven in deze nieuwe gebieden die zowel koud als droog waren. Bovendien kon de plant zich aseksueel voortplanten, via uitlopers van de knollen. Zo kon hij zich los van zijn ouders ontwikkelen tot een volledig nieuwe soort.
Later hebben mensen de plant gedomesticeerd en zo gekweekt dat hij nog grotere en voedzamere knollen produceerde. Inmiddels vormen aardappels al ongeveer 8.000 tot 10.000 jaar een belangrijke voedingsbron voor de mensheid.
Bronnen: Cell, The New York Times
Beeld: Linh Pham/Unsplash