Iran daagt Biden uit met uraniumverrijking

Gieljan de Vries

06 januari 2021 21:30

uraniumverrijking

Iran is begonnen met uraniumverrijking tot 20 procent, een flinke stap dichterbij de concentratie die nodig is voor kernwapens. Een symbolische uitdaging om van Amerikaanse sancties af te komen, denken experts. Hoe zat het ook weer?

Dat Iran kernenergie heeft, prima; maar atoomwapens, dat is de internationale gemeenschap een stap te ver. In 2015 accepteerde Iran daarom na jaren van internationale druk de kernwapenovereenkomst JCPOA met de VS, China, Frankrijk, Rusland, Groot-Brittannië en de EU. Het land mocht onder het JCPOA geen uranium meer verrijken voorbij 3,67 procent, oftewel de concentratie van de splijtbare variant U-235 verhogen (zie verderop). Iran ontmantelde een groot deel van zijn verrijkingsinstallaties, verwijderde hoger verrijkt uranium en ging akkoord met streng toezicht van de atoom waakhond IAEA. In ruil daarvoor werden de economische sancties tegen het land opgeheven. Nu begint Iran toch weer met verrijking tot 20 procent. Wat is er aan de hand?

Lees ook:

137 kilo uranium

Nadat de regering Trump in 2018 uit het akkoord stapte en weer sancties instelde, deelt Iran nucleaire plaagstootjes uit om de Amerikanen terug aan de onderhandelingstafel te krijgen. Door de uitstap van de VS staat het JCPOA onder druk, maar van tafel is het niet. Iran laat bijvoorbeeld nog steeds inspecties toe van de atoomwaakhond IAEA.

De laatste uitdaging van Iran stamt van 4 februari. Toen werd bekend dat het land begonnen is uranium te verrijken tot 20 procent splijtbaar uranium-235. “Er hangt een cilinder van 137,2 kg uranium van 4,1 procent aan de installatie”, bevestigde de IAEA na een inspectie. In zijn nucleaire laboratorium onder de berg Fordow beweegt het land zo dichterbij de 90 procent weapons grade zuiverheid die nodig is voor kernwapens.

Ultracentrifuges voor uraniumverrijking in de ondergrondse faciliteit Fordow ©

Reactie op Trump

“Sinds de regering Trump in 2018 uit JCPOA stapte en eenzijdig sancties tegen Iran instelde, begaat Iran voortdurend symbolische overtredinkjes, want die sancties doen het land veel pijn”, stelt specialist niet-conventionele wapens Sico van der Meer van het onderzoeksinstituut Clingendael.

Uraniumverrijking kost vooral moeite (Separated Work Units, y-as) om van de natuurlijke 0,72% naar 4-5% voor kernreactoren te komen. Vanaf de 20% waar Iran nu op mikt is het een relatief kleine stap naar de 90% concentratie voor kernwapens. Grafiek: WorldNuclear

De huidige sprong naar 20 procent verrijking in Fordow is wel een veel grotere sprong dan eerdere protestovertredingen, denkt onderzoeker nucleair beleid Ankit Panda (Carnegie-denktank voor internationale vrede). “Met die concentratie ben je nog maar een factor vier van echt wapenmateriaal af; het grootste deel van de verrijking vanaf de oorspronkelijke 0,72 procent zit er dan al op. Een flinke escalatie dus.”

Nederlandse uraniumverrijking

Het spel van uraniumverrijking draait om de instabiele isotoop U-235: als die uraniumvariant met 235 kerndeeltjes (protonen en neutronen) uiteenspat, schieten er twee tot drie snelle neutronen weg die op hun beurt weer omliggende uraniumkernen stukschieten. Bij elke splijtingsreactie komt energie vrij in de vorm van hitte. Bij lage concentratie kun je de kettingreactie beheersen in kerncentrales, maar als de concentratie hoog genoeg is, gaat de hele massa op in een enorme explosie.

Cruciaal punt voor uraniumwapens is dus de concentratie U-235. Die beslaat maar 0,72 procent van natuurlijk uraniumerts; de rest is onsplijtbaar U-238. Voor gebruik als splijtstof moet je de concentratie U-235 verhogen in zogeheten ultracentrifuges. Die slingeren gasvormig uraniumfluoride zo snel rond, dat de iets zwaardere moleculen met U-238 scheiden van het splijtbare U-235. Tot rond een concentratie van 4-5 procent voor een energiecentrale, of 90 procent voor kernwapens.

De ultracentrifuges die Iran gebruikt om uranium te verrijken, komen via een omweg uit Nederland. De techniek is in de jaren vijftig ontwikkeld door het Nederlandse onderzoeksinstituut Amolf en hun spin-off Urenco. In de jaren zeventig smokkelde de Pakistaanse ingenieur Abdul Qadir Khan de techniek naar Pakistan, en van daaruit naar landen als Libië, Noord-Korea en Iran.

Hardliners

Iran schendt dus het internationale akkoord JCPOA, en flink ook. Wat is het doel? Volgens Panda en Van der Meer is het land niet uit op kernwapens. “Wat je hier ziet is een actie van hardliners die de aankomende regering Biden flink uit willen dagen. Je kon dit aan zien komen: Iran is in mei 2019 begonnen met kleine schendingen, maar die hadden voor een deel van de politici te weinig effect”, denkt Panda.

“Trump’s beleid heeft in die zin averechts gewerkt”, denkt ook Sico van der Meer: “De gematigden, die hoopten op een opening naar het buitenland via de nucleaire deal, verloren veel steun. Iran hoopt Biden nu tot snel handelen te dwingen. Het doel is dat hij de sancties weer intrekt en hertoetreedt tot het JCPOA.”

Voorlopig valt de dreiging mee. Van der Meer: “Stiekem kernwapens bouwen is daardoor eigenlijk uitgesloten. En aan één kernbom heb je nog niets; je moet die succesvol ontsteken om te bewijzen dat je de techniek beheerst.” Pas met tientallen kernwapens is er een overtuigende dreiging.

Van der Meer: “Iran werkt nog steeds goed samen met het IAEA, het is bijvoorbeeld ook transparant over de protestovertredingen die het telkens van tevoren aankondigt. Daarom is het in mijn visie in ieders belang om Iran in die deal te houden.”

Bronnen: Mehr News Agency, WorldNuclear, Reuters

Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK! 



De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."








Meer Nieuws