Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
Na een stukje vingerkoot, een kaakfragment en een fossiele rib is er nu een schedel van de denisovamens, die tegelijk met de neanderthalers en met Homo sapiens in Azië rondliep.
We hadden al een kies, gevonden in de Denisovagrot in Siberië. Daarna kwam er een deel van een vingerkootje en een stukje teen. Er bleek nog DNA in te zitten en analyse liet zien, in 2010, dat de lichaamsdeeltjes van een nog onbekende soort mens waren. Een mens die tegelijk leefde met neanderthalers en moderne mensen.
Ook in een grot in Tibet lagen fossielen van de nieuw ontdekte denisovamens, zoals een deel van een kaak. Maar met deze restjes bleef het lastig om een beeld te krijgen van onze verre neef. Die ook vandaag trouwens nog familie heeft: in delen van Azië dragen mensen nog altijd wat denisova-DNA bij zich.
Lees ook:
- Kaakbeen bewijst dat de mysterieuze denisovamens niet alleen in koude gebieden leefde
- Oer-DNA schetst portret denisovamens
Gezicht wordt bekend
Nu is ontdekt dat een zeker 146.000 jaar oude schedel waarschijnlijk een denisovafossiel is. Zodat we eindelijk een beetje een gezicht krijgen bij de eerdere botjes. Het hoofd van deze denisovaman was een kleine eeuw geleden al gevonden in China. Een boer overhandigde de schedel in 2018 aan een paleontoloog van de Hebei GEO University, met daarbij het verhaal dat het fossiel gevonden is bij de aanleg van een brug in 1933.
De onderzoekers dachten dat het om een nieuwe mensensoort ging en gaven hem de naam Homo longi. En als bijnaam kreeg hij ‘de Drakenman’. Vervolgens gingen wetenschappers van het Institute of Vertebrate Paleontology and Paleoanthropology in Beijing met de vondst aan de slag. Ze toonden eiwitten aan die kenmerkend zijn voor denisovamensen.
Unieke eiwitten
Eerdere eiwitanalyses bij neanderthalers, mensen, mensapen en denisovabotjes lieten al zien dat de denisovamensen drie unieke eiwitvarianten hebben. Die bleken ook in de nu bestudeerde schedel te zitten. Het DNA-onderzoek liep aanvankelijk minder voortvarend. DNA vind je vooral in de celkern. Maar pogingen om dit nucleair DNA uit de schedel te peuteren mislukten.
Het gebit van de Drakenman bood de uitkomst. Het tandsteen, om precies te zijn, gaf wat DNA vrij. In de energiefabriekjes van onze cellen, de mitochondriën, zitten ook stukjes DNA. Het mitochondriaal DNA uit het tandsteen bleek verwant te zijn aan dat van de eerder onderzochte denisovabotjes.
En toch. Toch vinden sommige paleontologen het nog wat vroeg om de schedel toe te wijzen aan een denisovaman. Waaronder de onderzoekers die de Drakenman als eerste beschreven en dachten dat ze een nieuwe soort mens hadden ontdekt. Ze zouden graag zien dat er meer DNA wordt geanalyseerd en dat er een grondigere eiwitstudie komt. Wordt vervolgd dus.
Beeld: Qiaomei Fu