Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
Voor het eerst hebben wetenschappers uitgezocht wat lichtvervuiling voor effecten op enkele vogelsoorten heeft.
Steeds meer landen, Nederland incluis, kennen nog weinig echt donkere plekken. Dat is onder andere slecht nieuws voor sterrenwachten, want daardoor valt er niet veel meer aan de nachtelijke hemel te zien. Maar voor veel dieren is het nog veel hinderlijker. Onderzoekers van de La Trobe Universiteit en de Universiteit van Melbourne hebben nu voor het eerst onderzocht wat lichtvervuiling precies doet met eksters en duiven. Een niet zo verrassende spoiler: het gooit hun nachtritme flink door de war.
Lees ook:
- Canadese zangvogels stappen massaal over naar nieuw lied
- Kolibries zien kleuren die wij niet kunnen zien
Verstoorde slaap
De onderzoekers bestudeerden hoe verschillende tinten licht (van fel wit tot warmer amberkleurig) de slaap van eksters en duiven beïnvloeden. Daartoe werden enkele vogels, uitgerust met kleine sensoren om de hersenactiviteit te meten, blootgesteld aan de lichttinten. Het team kwam al snel tot de conclusie dat de lengte, structuur en intensiteit van de slaap bij de vogels wordt verstoord door nachtverlichting.
“Zowel eksters als duiven slapen gemiddeld 10 uur per nacht”, vertelt onderzoeker John Lesku van de La Trobe Universiteit. “We zagen wel dat eksters meer non-REM-slaap verloren onder wit licht dan amberlicht.” Bij duiven zag het team geen verschil: ze verloren ongeveer 4 uur slaap onder zowel wit als amberkleurig licht.
Stadsevolutie
De resultaten van dit onderzoek vielen te verwachten, zegt ornitholoog Jente Ottenburghs – niet betrokken bij de studie – desgevraagd. “Zo zie je bijvoorbeeld dat zangvogels, zoals koolmezen, ‘s ochtends vroeger beginnen te zingen in steden.”
Ottenburghs vindt het wel opmerkelijk dat verschillende vogelsoorten blijkbaar anders reageren op het type licht. “De eksters in deze studie sliepen slechter onder wit licht in vergelijking met amber licht, terwijl de duiven onder beide lichtcondities even slecht sliepen. Ik ben wel nieuwsgierig wat deze verschillen veroorzaakt. Als we dat beter begrijpen, kunnen we het artificiële licht in onze steden aanpassen zodat de vogels er minder hinder van ondervinden.”
“Ik vraag me ook af wat de gevolgen van deze slechte nachtrust zijn voor de vogels. Mogelijk zijn ze minder oplettend en vallen ze sneller ten prooi aan roofdieren of misschien zijn ze minder succesvol in het grootbrengen van hun jongen (wat ook heel wat energie kost). Op termijn hebben individuen die ondanks een slechte nachtrust goed blijven functioneren mogelijk een voordeel op hun soortgenoten en passen ze zich verder aan, aan het stadsleven. Dat zou een mooi voorbeeld zijn van evolutie in de stad.”
Bronnen: Current Biology, University of Melbourne via EurekAlert!
Beeld: Doug Gimesy