Astronomen gaan ervan uit dat het heelal oneindig groot is. Tegelijkertijd beweren ze dat het heelal uitdijt. Hoe kan iets dat al oneindig groot is toch steeds groter worden?
Om dat in te zien, kun je je het heelal voorstellen als een tweedimensionaal vel ruitjespapier. In het echt is het heelal natuurlijk driedimensionaal, of zelfs vierdimensionaal als je de tijd meerekent, maar dat maakt nu niet uit. Het ruitjespapier heeft geen rand; het strekt zich eindeloos uit.
Stel dat de hokjes eerst 1 bij 1 centimeter zijn. Even later zijn ze 2 bij 2 centimeter, dan 3 bij 3 centimeter enzovoorts. Uit de groei van de hokjes volgt dan dat het papier steeds groter wordt, ook al is het al oneindig groot.
Net zo groeit het oneindige heelal. Waaraan zien astronomen dat? Neem weer het ruitjespapier. Stel dat in het midden van elk hokje een stip staat. Hoe groter de hokjes worden, hoe verder alle stippen bij elkaar vandaan komen te liggen. Dat is wat astronomen waarnemen: sterrenstelsels komen steeds verder uit elkaar te staan. Daaruit volgt dat het heelal aan het uitdijen is.
Lees ook:
- Blijft het heelal voor altijd groeien?
- Alles over Euclid – de telescoop die de uitdijing van het heelal onderzoekt
Waarin dijt het heelal uit?
Je vraagt je dan misschien af waarín het heelal uitdijt. Maar dat is een verkeerde vraag, want er is niks aan de buitenkant. Zelfs geen lege ruimte; het heelal is simpelweg alles wat er is. Juist doordat het heelal nergens in zit, kan het ongehinderd blijven doorgroeien.
Deze vraag kon je vinden in KIJK 3/2025.
Ook een vraag voor de rubriek ‘KIJK Antwoordt’? Mail hem naar info@kijkmagazine.nl. En in onze special geven we antwoord op 172 bijzondere, verrassende en boeiende vragen! Bestel hem hier! Of eenvoudig via de knop hieronder.
Tekst: Yannick Fritschy
Beeld: NASA