Naar wie is de apgarscore vernoemd, die wordt gebruikt bij pasgeboren baby’s?

Laurien Onderwater

10 juni 2025 09:00

Gelijk nadat een kind wordt geboren, wordt hij of zij aan een gezondheidstest onderworpen. Dit levert een ‘apgarscore’ op – vernoemd naar een selfmade woman die dwars door het glazen plafond knalde. Wie was zij?

De apgarscore doet bij ouders waarschijnlijk gelijk een belletje rinkelen. Bij dit scoringssysteem wordt een pasgeborene drie keer (één, vijf en tien minuten na de geboorte) op vijf punten beoordeeld: ademhaling, spierspanning, reflexen, huidskleur en hartslag.

Voor elk onderdeel krijgt een baby 0, 1 of 2 punten. Heeft het kleintje in totaal tussen de 7 en 10 punten, dan verkeert het meestal in een blakende gezondheid. Scoort het 6 of minder punten, dan is dat reden tot nader onderzoek.

Lees ook:

Virginia Apgar wilde altijd al arts worden

De Amerikaanse chirurg en anesthesioloog Virginia Apgar (1909-1974) bedacht deze score om de gezondheid van pasgeboren baby’s te beoordelen. Al op jonge leeftijd wist ze dat ze arts wilde worden. In 1929 begon Apgar als een van de weinige vrouwen aan een studie geneeskunde aan de Columbia-universiteit in New York, acht jaar later was ze een volleerd chirurg.

Lang duurde haar carrière als chirurg niet, want op aanraden van Allen Whipple, voorzitter van het Columbia-Presbyterian Medical Center, volgde Apgar na nog geen jaar een training tot anesthesist. Die is verantwoordelijk voor de narcose van de patiënt en houdt tijdens de operatie toezicht. Whipple zag maar al te vaak dat vrouwen er in de door mannen gedomineerde chirurgie niet in slaagden om een carrière op te bouwen.

Virginia Apgar bepaalt de apgarscore van een pasgeboren baby
Virginia Apgar bepaalt de apgarscore van een pasgeboren baby. Beeld: Al Ravenna.

De eerste vrouwelijke professor

Na een jaar bij twee ziekenhuizen in de leer te zijn geweest, mocht Apgar zich naast chirurg ook anesthesist noemen. Ze keerde terug naar de Columbia-universiteit om aan de slag te gaan als hoofd van de afdeling anesthesiologie. Een team van artsen werven ging alleen niet zonder slag of stoot; chirurgen zagen anesthesisten (die toen meestal geen artsen waren) niet als gelijken. Ze kregen dan ook minder betaald.

Dat veranderde in 1946, toen anesthesiologie een erkend medisch specialisme werd én de Columbia-universiteit een academische afdeling voor anesthesieonderzoek oprichtte. Daarnaast benoemde de academie Apgar in 1949 tot hoogleraar anesthesie; ze werd daarmee de eerste vrouwelijke professor aan de Columbia-universiteit.

Verloskunde en de apgarscore

Uitgeleerd was ‘Ginnie’ toen echter nog lang niet. Ze legde zich toe op verloskundige anesthesiologie, wat haar op het bedenken van de apgarscore bracht, en behaalde op vijftigjarige leeftijd een graad in de sociale geneeskunde. In 1974, toen de selfmade woman slechts 65 was, overleed ze aan een progressieve leveraandoening. Maar anno nu is haar scoringssysteem nog altijd springlevend.

Apgars verhaal staat samen met dat van nog vijf baanbrekende vrouwelijke wetenschappers in KIJK Geschiedenis 4/2025. Deze editie kun je bestellen in onze webshop, of eenvoudig via de knop hieronder.

Beeld: Christian Bowen/Unsplash

Reageren? Plaats een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

PODCAST

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."